Brief aan de Staatssecretaris

Noordpolderzijl, 4 januari 2002

Aan de Staatssecretaris van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat

 

Het bestuur van de Stichting Vrienden van Rottumeroog en Rottumerplaat (SVRR) heeft met verbazing kennis genomen van de aan u gerichte brief met het daarbij gevoegde rapport Rottum verandert ….. In deze brief wordt namelijk aan het slot vermeld dat de SVRR uitsluitend op emotionele gronden pleit voor het continueren van het huidige extensieve onderhoud. Dit is een weergave waarmee het bestuur en daarmede de honderden donateurs willens en wetens op eenzijdige wijze in de hoek worden geplaatst.

De samenstellers van het rapport en in de eerste plaats de verantwoordelijke instanties onder wier auspiciën het rapport wordt aangeboden, zijn zonder meer op de hoogte, althans behoren dat te zijn, wat de doelstelling van onze stichting is.

Voor de goede orde wordt deze doelstelling, zoals in de statuten van mei 1991 is opgenomen, nog eens vermeld:

"De Stichting heeft ten doel de bevordering van de het onderhoud en de instandhouding van de waddeneilanden Rottumeroog en Rottumerplaat, zulks zowel ter bescherming van de op de eilanden en in de oostelijke Waddenzee aanwezige flora en fauna, als op waterstaatkundige overwegingen met het oog op de kustverdediging en de stabiliserende invloed van de eilanden op de scheepvaartgeul in het Eemsgebied, een en ander verder met inachtneming van sociale en historische aspecten."

Op grond van deze doelstelling heeft de Stichting met behulp van vele vrijwilligersgroepen zich sedert de beginjaren ’90 elk jaar ingezet voor behoud van de eilandjes. Voor wat betreft Rottumeroog kreeg de Stichting in 1992 toestemming van de toenmalige Minister van Verkeer en Waterstaat om extensief onderhoud te verrichten. Dit bestond uit het plaatsen van rijshoutschermen en het planten van helmgras. Dat dit niet heeft kunnen verhinderen, dat aan de noordwestzijde van Rottumeroog in de loop der jaren door zware stormen afslag heeft plaatsgevonden, is niet te wijten aan de inzet van de Stichting. Van stond af aan heeft de Stichting gepleit voor een intensievere aanpak op het kwetsbare gedeelte; echter tevergeefs.

Desalniettemin heeft het werk van de vrijwilligersgroepen in de loop der jaren ook succesrijke gevolgen gehad en wel uitgebreide aanwas (aanwinst) van het eiland Rottumeroog.

Op Rottumerplaat mochten geen onderhoudswerkzaamheden worden verricht en beperkte het vrijwilligerswerk zich tot het schoonhouden van het eiland.

Het bestuur betreurt in hoge mate de aanbevelingen in het rapport, dat zonder zijn inbreng tot stand is gebracht. De aanbevelingen getuigen ervan geen oog te hebben voor de beide eilandjes. De eilandjes, die waardevol zijn voor de ruime aspecten, welke in de doelstelling van de Stichting zijn vermeld, te weten natuurbehoud, kustverdediging, scheepvaartbelang en cultuurhistorie.

Het hoeft juist in het kader van het tegenwoordige beleid van de regering geen betoog, dat het behoud van aanwezige natuurgebieden op de eilandjes van groot belang is. Rottumeroog is een natuurgebied bij uitnemendheid.

De waarde van een extra beveiliging van de noordkust door de aanwezigheid van de voor deze kust gelegen eilandjes mag niet worden onderschat. In het eerdergenoemde rapport wordt deze waarde niet onderkend, ja zelfs ontkend. Dit is een onzorgvuldigheid en verwaarlozing van de noodzaak tot maximaal kustbeheer.

Voor het scheepvaartbelang is instandhouding van bevaarbare routes essentieel. Bij wezenlijke veranderingen in het stroomgebied zijn nadelige invloeden op de vaarroutes niet denkbeeldig.

In het boekje "Het cultureel erfdeel Rottumeroog"(bijlage) stelt dr. E. Knol het cultuurhistorisch aspect nog eens in het licht. Deze cultuurhistorische waarde is voor de SVRR zwaarwegend en alleen al van voldoende doorslaggevende aard om de eilandjes met de grootst mogelijke inzet te sparen voor de ondergang. Uiteraard spelen ook gevoelens van de bewoners in het noorden een rol. In haar eerstgenoemde brief van 1992 duidt de toenmalige Minister daar op. Zij liet dit aspect meewegen zij had ook daarvoor open oog.

In haar rapport van oktober 1996, getiteld "Over Rottum en los zand …., heeft de Stichting haar beleidsvisie nog eens uitgebreid weergegeven. (bijlage).

Het bestuur en de gezamenlijke donateurs doen een dringend beroep op u het daarheen te leiden, dat de werkzaamheden tot behoud van Rottumeroog mogen worden voortgezet. Beide (prachtige) eilandjes Rottumeroog en Rottumerplaat moeten tot elke prijs behouden blijven en mogen niet in de golven verdwijnen cq tot zandbanken verworden.

 

 

Hoogachtend,

Stichting Vrienden van Rottumeroog en Rottumerplaat,

Drs. J.F. Scherpenhuizen voorzitter

Ing. B.J.H. Scholten secretaris

 

 

Hetgeen in het vorenstaande is verwoord, is ook de opvatting van het bestuur van de Vereniging van Oevereigenaren en Gebruikers.

Namens het bestuur van de Vereniging van Oevereigenaren en Gebruikers,

K.S. Sijpkens voorzitter