Garanties kan niemand geven

Door: Hans Schmit

Bij de opmerking van minister van economische zaken Jorritsma dat een verzakking van de Waddenbodem snel door een natuurlijke zandaanvoer wordt hersteld, is de wens de vader van de gedachte. Niemand kan dat garanderen, zegt Otto Overdijk, beheerder Waddengebied van Natuurmonumenten. De vereniging heeft ondermeer het nationaal park Schiermonnikoog, de Dollard en het (vogel)eiland Griend onder haar hoede.

Door bodemdaling kunnen (delen van) zandplaten permanent onder water komen te staan, waardoor zij voor vogels verloren gaan als vindplaats van voedsel. Maar omdat er momenteel in het oostelijk deel van de Waddenzee sprake is van meer aanvoer dan afvoer van zand, zouden nieuwe zandplaten kunnen ontstaan die dat verlies compenseren. Overdijk: ,,Dat kan, maar of er werkelijk een evenwicht zal zijn tussen bodemdaling en zandaanvoer, weten we niet. Minimale veranderingen in de zeestromen, bijvoorbeeld ten gevolge van bodemdaling, kunnen zandtransporten een andere kant opsturen of stoppen. Er is weinig voor nodig om de omslag van aangroei naar afslag te bewerkstelligen.''

Volgens Overdijk blijft boren naar gas een sprong in het duister. ,,Ook Rijkswaterstaat kan de complexe processen niet volledig voorspellen. Dat je de hand aan de kraan zou kunnen houden om deze bij het optreden van schade dicht te draaien, is onzin. Als je stopt met gaswinning gaat de daling nog jaren door; hoe lang en tot hoever weten we niet.''

Ingrepen in het verleden hebben hun effect op de Waddenzee niet gemist. Overdijk: ,,De Afsluitdijk is in 1932 gereedgekomen en waarschijnlijk is er in het gebied boven de dijk nu nog steeds geen sprake van evenwicht. Ook de afsluiting van de Lauwerszee veroorzaakt nu nog veranderingen aan platen en geulen. Als je nu vanuit Lauwersoog gas wilt winnen, is iedere voorspelling van de gevolgen koffiedikkijkerij.''

Verlies van wadplaten door bodemdaling heeft fatale gevolgen voor de miljoenen (trek-)vogels die de Waddenzee als rust- en fourageerplaats hebben. Dat geeft Nederland een bepaalde verantwoordelijkheid. Overdijk: ,,Onder de Waddeneilanden zit een zoetwaterbel die van groot belang is voor de vegetatie. De effecten van bodemdaling op die bel zijn niet bekend. Dat kan tot verdroging leiden, maar ook tot verdrinking. Zo kan de vegetatie op de eilanden door bodemdaling worden aangetast. Op Ameland is onder meer sterfte van duindoorns vastgesteld.''

In het oostelijk deel van het Waddengebied vinden spectaculaire processen plaats die volgens Overdijk uniek zijn voor Europa en ongestoord hun gang moeten kunnen gaan. Overdijk: ,,De oostpunt van Schiermonnikoog groeit snel: het laatste jaar is er een zandplaat van meer dan honderd hectare aangegroeid. Voor de noordkust vormen zich enorme zandbanken die mogelijk aan het eiland zullen groeien. Op het brede Noordzeestrand van het eiland vindt spontane duinvorming plaats. Rottumerplaat groeit snel in noordoostelijk richting. Op de plaat, die nu twintig keer groter is dan aan het begin van de eeuw, is aan de luwzijde sprake van duin- en kweldervorming. Rijkswaterstaat heeft begin jaren negentig de verdediging van Rottumeroog opgegeven; het eiland wordt nu steeds kleiner. Begin dit jaar is het huis van de laatste voogd, Toxopeus, afgebroken en opgeruimd om te voorkomen dat het in zee stortte.''

Bron:
Trouw
11 november 1999